Waar was je, Hugo?
De Jonge heeft de kinderen van Zuid verraden. Dat is de conclusie van Ype Akkerman van het Pedagogisch Collectief Feijenoord in een open brief aan Hugo de Jonge, die als demissionair minister verantwoordelijk is voor het NPRZ (www.pedeng.nl/wawahu). Op soms venijnige toon wordt hij aangesproken op zijn nalatigheid bij het jeugdbeleid op Zuid, ook als voormalig wethouder. Het NPRZ heeft gefaald, zo stelt Akkerman: de onderwijsresultaten zijn uiterst mager, het beroep op de jeugdzorg is explosief gestegen en de vatbaarheid bij de jeugd voor de criminele verleiding toegenomen. Dit terwijl de kinderen bij de start van het NPRZ een ‘succesvolle toekomst’ beloofd werd.
Fixaties van Marco Pastors
Dat de kinderen van Zuid niets opgeschoten zijn met 12 jaar NPRZ komt in de eerste plaats door de fixatie van Marco Pastors op prestaties van leraren en gedwongen leertijduitbreiding, want dan gaan de Cito scores omhoog. Zijn er kinderen met problemen dan is de jeugdzorg ervoor de school te ‘ontzorgen’, aldus de visie van de directeur van het NPRZ. Hugo de Jonge heeft nagelaten hem daarin te corrigeren, ondanks een door hem gevraagd advies over de Children’s Zone. Een advies dat voorzag in een wijkbenadering waarbij iedereen met een pedagogische taak zich in een goed onderling samenspel inzet voor de vorming van de jeugd. Eerst en vooral de ouders, verder de werkers in het onderwijs en in de zorg, maar ook in speeltuinwerk, sport, cultuur, onderwijs, kinderopvang, kind- en jeugd- en jongerenwerk en in andere werksoorten voor vormende vrijetijdsbesteding.
Onbeschofte bejegening
De tweede verklaring voor het falende jeugdbeleid op Zuid is de onbehoorlijke bejegening van de mensen van de dagelijkse pedagogische praktijk. Ouders worden arm, dom en onmondig gehouden, dit terwijl zij toch de primaire verantwoordelijkheid hebben voor hun kinderen. Bovendien zijn ouders in de eerste plaats burgers met democratische rechten, dus ook op zeggenschap over het beleid. Maar ook de werkers van de dagelijkse praktijk worden stelselmatig geminacht. Leraren staan onder een enorme prestatiedruk wat geleid heeft tot een exorbitant lerarentekort. En de werkers in de vormende vrijetijdsbesteding zijn onderhevig aan een grillig subsidiebeleid of onoordeelkundige aanbestedingen waardoor ze compleet onverhoeds hun opdracht kwijtraken. Met als gevolg ook veel personele discontinuïteit; de wijken waren in de afgelopen 12 jaar NPRZ een duiventil. Is deze onbeschofte bejegening al verwerpelijk, het is nog dom ook en uiterst riskant omdat door de algehele krapte op de arbeidsmarkt ook in de pedagogische disciplines personeelstekorten ontstaan. Als je dan nog meent de werkers van de dagelijkse pedagogische praktijk zo te kunnen behandelen moet je niet raar opkijken dat ze verbitterd raken en afhaken; de beleidsmakers van het NPRZ zagen daarmee aan de boomtak waar ze zelf op zitten en de kinderen zijn de klos. Het is niet voor het eerst dat Akkerman de minister daarvoor gewaarschuwd heeft maar dat lijkt vergeefs: “Ziet u dat nou werkelijk niet of bent u echt zo stekeblind?”, zo bijt hij de minister toe.
Bonus op falen
Ook Marco Pastors krijgt een veeg uit de pan. Door zijn obsessie met onderwijs heeft hij een enorm pedagogisch potentieel verwaarloosd en de van kansen van een wijkgemeenschap laten liggen; kennelijk vond hij dat maar een linkse hobby. Akkerman vindt het dan ook onbegrijpelijk dat de minister onlangs heeft ingestemd met zijn herbenoeming. In een brandbrief uit 2021 aan zijn voorgangster Kajsa Ollongren deed de Wijkraad Feijenoord haar al het dringende verzoek om Pastors te ontslaan. Haar reactie was dat dit niet kon want hij was nog niet zo lang geleden herbenoemd. Dat Pastors nu weer een nieuwe termijn gekregen heeft laat zien dat een gewaarschuwd mens kennelijk niet voor twee telt als het om de minister gaat, want hij heeft er mee ingestemd. En ook overigens lijkt de minister niet in te willen grijpen bij het contraproductieve jeugdbeleid op Zuid, terwijl hij toch beter kan weten.
De belangen van de Zuiderlingen zijn ernstig geschaad.
Gevraagd naar zijn conclusies stelt Akkerman: “De Jonge heeft de kinderen van Zuid verraden terwijl hij ze een ‘succesvolle toekomst’ beloofde. Door hun lot in handen te leggen van een man met het pedagogisch benul van een slavink, en door als wethouder beslissingen te nemen die heel slecht uitpakten voor de werkers van de dagelijkse praktijk. Als minister was hij naderhand in de positie het tij te keren maar dat heeft hij verzuimd. Daarmee heeft hij ook de belangen van de burgers van Zuid, zeker die met opgroeiende kinderen, ernstig geschaad. Hij heeft dus wat uit te leggen.”